Veelgestelde vragen
Wat is Nota Bene?
Nota Bene is een Latijn lesmethode die erop is gericht de basisgrammatica en woordenschat bij te brengen voor het vertalen van het Latijn. Daarnaast wordt er ook een introductie gegeven in de mythologie van de Romeinen.
Voor wie is het bedoeld en hoelang ben je ermee bezig?
Oorspronkelijk was Nota Bene alleen gericht op de brugklas van het Gymnasium gedurende de eerste (tot anderhalve) periode. Uiteindelijk is het zo opgesteld dat het ook voor andere geïnteresseerden kan dienen als een introductie in de wereld van het oude Latijn. De studielast bedraagt tussen de 15 en 30 uur, afhankelijk van het individueel.
Waar begin ik?
1. Zorg er eerst voor dat je beschikking hebt over het lesmateriaal door het te downloaden; uit te printen; te laten drukken of door de online versies te gebruiken.
2. Begin dan met het lezen van het voorwoord en paragraaf 1 in het tekstboek.
3. Lees daarna het voorwoord in het werkboek en maak (eventueel) de instaptoets.
4. Lees vervolgens paragrafen 2 en 3 in het tekstboek.
5. Lees tot slot de Nederlandse tekst van hoofdstuk 1 deel A t/m de eerste Latijnse tekst.
6. Lees de grammatica en maak de bijbehorende grammatica opdrachten in het werkboek.
7. Vertaal nu de eerste Latijnse tekst (1A). Je kan daarbij eventueel de vertaalhulp in het werkboek na de grammatica opdrachten gebruiken.
8. Maak daarna de woordenschatopdracht die bij vertaaltekst 1A hoort.
9. Herhaal stappen 5-8 voor het deel B van hoofdstuk 1 en de delen A en B van hoofdstuk 2. Er mag van deze volgorde afgeweken worden als het voor de lesgevende beter uitkomt.
2. Begin dan met het lezen van het voorwoord en paragraaf 1 in het tekstboek.
3. Lees daarna het voorwoord in het werkboek en maak (eventueel) de instaptoets.
4. Lees vervolgens paragrafen 2 en 3 in het tekstboek.
5. Lees tot slot de Nederlandse tekst van hoofdstuk 1 deel A t/m de eerste Latijnse tekst.
6. Lees de grammatica en maak de bijbehorende grammatica opdrachten in het werkboek.
7. Vertaal nu de eerste Latijnse tekst (1A). Je kan daarbij eventueel de vertaalhulp in het werkboek na de grammatica opdrachten gebruiken.
8. Maak daarna de woordenschatopdracht die bij vertaaltekst 1A hoort.
9. Herhaal stappen 5-8 voor het deel B van hoofdstuk 1 en de delen A en B van hoofdstuk 2. Er mag van deze volgorde afgeweken worden als het voor de lesgevende beter uitkomt.